woensdag, juli 27, 2011


Falende opwarming of falende journalistiek?



De Volkskrant van dit weekend (zaterdag, 23 juli) was niet gering. Het eerste katern telde 40 bladzijden. Het Sport-katern 16 bladzijden. Tenslotte dan ook nog een katern Intermezzo, waarvan de strekking me wat ontging, met 32 bladzijden.

Van mijn dochter krijg ik altijd te horen dat mijn stukjes a. te lang zijn en b. niet meer actueel. Wel, voor de krant van dit weekeinde leek dat inderdaad aardig op te gaan. Maar vermoedelijk komt dat, door dat ik op internet veel nieuws al een dag eerder gelezen heb.

Het meest belangwekkende stuk droeg de titel: Waar blijft dat warme klimaat? Het was die zaterdag inderdaad koud en de regen gutste bijna voortdurend naar beneden, dus dit was een vraag die iedereen aansprak. Mij ook.

Dat artikel is bijna 2 bladzijden lang (maar veel ruimte is ingeruimd voor een grote sneeuwfoto met een ingesneeuwde auto in New York City) en geschreven door Maarten Keulemans.

De lead van het artikel luidt als volgt: Het klimaat zou opwarmen, maar de opwarming lijkt al zo'n 10 jaar te zijn stilgevallen. Eindelijk denken onderzoekers nu te snappen hoe dat komt.

Hmmm, een stil gevallen opwarming? Ik heb net nog plaatjes gezien van het Noordpool-ijs en dat was nog nooit zo erg gesmolten, voor de tijd van het jaar, als nu (hier en hier).

Maar uit het verhaal van Maarten haal ik dat een groep onderzoekers het in Science zo verwoord heeft: 'De ontwikkeling van de wereldoppervlaktetemperatuur is sinds eind jaren negentig nagenoeg vlak, ondanks de toename van broeikasgassen.' Met andere woorden: de temperatuur stijgt niet meer.

Gelukkig weet men inmiddels, volgens het gestelde in de lead, dus hoe dat komt. Nou toch niet helemaal. Maarten schrijft vrolijk: "Gaandeweg komt aan het licht dat de opwarming van de aarde de laatste tien jaar wordt tegengehouden. Er is eigenlijk maar één probleem: het is nog niet duidelijk waardoor dat precies komt."

Ik vind het allemaal wat vreemd, maar zie gelukkig een keurig grafiekje staan met de afwijkingen van de gemiddelde temperatuur voor de jaren 1975 tot en met 2010. In het grafiekje zie ik eigenlijk helemaal niet dat de opwarming gestopt is. Ik zie wel een gigantische opwarming, maar ik zie niet duidelijk dat die opeens ophoudt. Ben ik nu gek of...?

Ik pak een liniaaltje en ga de lengten van de staafjes even meten. De getallen invoeren in het statistische programma SPSS is een fluitje van een cent. Wat vertelt SPSS me?

De laatste 11 jaar (2000-2010) was het volgens het grafiekje 0,42 graad Celsius te warm op de wereld. Voor die jaren vind ik een positieve correlatie van 0,25 tussen de temperatuur en het jaartal. De laatste jaren van die 11 waren dus warmer dan de eerste jaren. Dus de bewering dat de opwarming gestopt is, is leuk bedacht, maar niet ontleend aan de gegevens in de grafiek.

Als ik voor alle 35 jaren de correlatie tussen het jaartal en de temperatuur bereken, vind ik een whopping 0,89. Het wordt ongeveer jaarlijks warmer.

Is het nu die laatste 11 jaar (2000-2010) minder warm geweest dan in de 24 jaar daarvoor? Mijn boxplot zegt dat het de laatste jaren stukken warmer was. Een t-toets bevestigt dat (p=0,000 tweezijdig).

Waar komt dit vreemde idee, van die stagnerende opwarming, dan vandaan? Als ik de scatterplot bekijk, zie ik het. De laatste 11 punten liggen minder mooi op de rechte lijn die ik door de eerste 24 kan trekken.

Tja... Je kijkt naar een scatterplot met slechts 35 puntjes. En dan denk je opeens dat de laatste 11 puntjes anders lopen. Een regressielijn baseren op 35 punten is al vaak koffiedik kijken, maar een regressielijn baseren op 11 puntjes die ook nog eens erg fluctueren? Hoe optimistisch kun je zijn? Nooit gehoord van data-snooping en dat dat niet hoort?

Maar goed, laat ik het formeel benaderen. Het idee is dat die laatste 11 puntjes een andere regressielijn hebben dan de eerste 24. SPSS levert me via het moduul regressie niet alleen de richting van de regressielijnen, maar ook hun betrouwbaarheidsinterval.

De regressielijn door de eerste 24 jaar heeft een richtingscoëfficiënt (de b1) die ligt tussen +0,01 en +0,02. Per jaar wordt het dus 1/100 of 2/100 graad Celsius warmer in doorsnee voor die eerste 24 jaar.

Voor de laatste 11 jaar vind ik 0,00 tot +0,04. Dat betekent dus dat de regressielijn voor die laatste 11 jaar helemeaal vlak kan lopen, maar voor het zelfde geld ook twee keer zo steil kan stijgen als voor de eerste 24 jaar. Op basis van die 11 puntjes kunnen we dus niets zeggen over hoe die regressielijn echt loopt. Het zijn gewoon te weinig waarnemingen.

Er is dus geen enkele reden om te denken dat er de afgelopen 11 jaar echt iets veranderd is.

Een dikke krant. Een leuk artikel, maar helaas nogal misleidend.

Misschien zou een klein beetje kennis van statistiek voor journalisten zo gek nog niet zijn.